Wat is Tai Chi

Tai Chi is de bekendste vorm van Internal Art in het Westen. De eenvoudigste omschrijving is eigenlijk 'slow motion Kung Fu'. Het gaat om langzame, vloeiende bewegingen die in elkaar overvloeien. Letterlijk betekent Tai Chi: 'het ultieme'.

Er bestaan veel verschillende stijlen met elk weer diverse manieren van uitvoering. De twee bekendste: de Wu- en de Yang-stijl. Tai Chi wordt aangeleerd in vaste vormen; een aantal bewegingen uitgevoerd in een vaste volgorde is het uitgangspunt. Het aanleren van de vorm kan vrij snel gebeuren, maar dat is pas het begin. De kunst is om deze bewegingen te verfijnen en innerlijke diepgang te geven. Een proces dat altijd voor verbetering vatbaar blijft. Omdat er vele niveaus zijn die je kunt doorlopen, blijft het altijd een uitdaging.

Tai Chi kan overal worden gedaan (buiten, binnen, op kantoor etc.). Het vereist echter veel discipline en meditatieve aandacht om je lichaam in balans te krijgen. En - nog belangrijker – in balans te houden. 

Wat doet Tai Chi

Tai Chi Chuan (Yang-stijl) versterkt de gehele musculatuur, waardoor we een recht opwaartse rughouding aannemen. Hierdoor krijgen we tussen de wervelschijven meer ruimte en dat is weer noodzakelijk om het zenuwstelsel goed te laten functioneren. De oefeningen van Tai Chi zijn zo samengesteld dat ze de levenskracht (Qi of Chi) aansporen door het lichaam te stromen en blokkades in de meridianen tegen te gaan. Qi is vitale energie en meridianen zijn kanalen in je lichaam waardoor de Qi (energie) stroomt.

De filosofie van Tai Chi is afgeleid van het Taoïsme. De belangrijkste aspecten zijn de bewegingen, ademhaling, de zachtheid en innerlijke kalmte, waarbij de buikademhaling van essentieel belang is, waardoor bloeddruk en hyperventilatie vermindert en de mens meer in balans komt. Dit alles heeft een opbouwend effect voor het zenuwstelsel. Onrust wordt omgezet in rust.

Als men Tai Chi beoefent, richt men de aandacht op het volgende:

Ogen zijn alert en volgen de bewegingen van je handen.
Neus adem rustig in door de neus.
Hoofd het hoofd wordt rechtop gehouden alsof er een draad aan de kruin zit.
Kin deze trek je iets in, zodat de kruin omhoog komt.
Heupen visualiseer dat 75% van je gewicht zich onder de heupen en 25% zich er boven bevindt
Knieën zijn nooit op slot en komen niet voorbij je tenen.
Schouders zijn ontspannen zodat de energie niet omhoog trekt.
Mond de tanden en lippen houd je dicht op elkaar en de punt van de tong ligt tegen het gehemelte.
Handen en vingers zijn licht gestrekt en staan iets uit elkaar.
Polsen zijn bijna gedurende de gehele vorm gestrekt waardoor de chi goed naar de vingertoppen kan stromen.
Armen de ellebogen en de polsen moeten ontspannen zijn.
Rug de onderrug moet je het gevoel geven dat hij omlaag zakt, dus kantel het bekken alsof je gaat zitten. 

Voordelen en resultaten

• Maakt lichamelijk fitter, directe vermindering van stress door meer rust in je hoofd
• Geeft controle over je lichaamsbewegingen, goede coördinatie
• Maakt verkrampende spieren los
• Heft blokkades op
• Verbetert bewustzijn van eigen houding en posities (voorkomt blessures en RSI)
• Stelt beter in staat informatie te selecteren en grote lijnen te zien
• Is goed te integreren in het dagelijks (beroeps)leven
• Is te gebruiken voor meditatieve ontwikkeling

 De stamboom

 The Origins of Tai Chi Chuan
The Origins of Tai Chi are shrouded in legend. And over time, many different styles of the art have evolved. Yang Lucan (1799-1872) was the founder of the Yang style of Tai Chi. The Yang family would go on to produce an unparalleled six generations of Yang School Tai Chi masters. It was Yang's grandson, Yang Chenfu (1883-1936), who created the form that is know as Yang style Tai Chi Chuan. While Yang Chenfu's son, Yang Shouzhong (1909- ? ) is a master in his own right. It was Chenfu's own student Dong Yingjie (1880-1964), who was the better known contemporary teacher of his time and under whom Grandmaster Pang (19?? - 2015) studied.